Datum: 14 juni 2001
Betreft: tweede fase
Geachte leden van de vaste commissie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
De komende tijd heeft de vernieuwing van de tweede fase havo/vwo, zoals die thans gestalte krijgt, uw aandacht. Graag willen wij, als vertegenwoordigers van de vakinhoudelijke docentenverenigingen in het voortgezet onderwijs, u hierover de volgende overwegingen voorleggen.
In de eerste plaats leren wij van onze leden, dat de huidige inhoud en inrichting van de tweede fase wijzigingen behoeft. Dit geldt in de volle breedte: het totaal blijkt voor zowel leerlingen als docenten een (te) zware belasting. Ook geldt dit per vak: in de huidige praktijk komen ongewenste effecten van examenprogramma’s naar voren die met wat inmiddels ‘klein’ en ‘groot’ onderhoud is gaan heten, verholpen zouden kunnen worden. Dit beeld wordt bevestigd in de monitoring van de tweede fase, zoals die thans plaatsvindt en in de vakdossiers die door de SLO zijn samengesteld.
Hierbij kwam voor ons de vraag op, of op dit moment tussentijdse maatregelen noodzakelijk zijn, waarmee aanpassingen in de goede richting kunnen worden bereikt. De ervaringen bij vorige tussentijdse aanpassingen wijzen uit, dat die op zich ongewenste bijeffecten kunnen hebben. Deze betreffen met name de informatievoorziening: vaak duurt het enige tijd voordat de precieze maatregelen bekend zijn binnen de scholen en dan gaat er nog de nodige tijd overheen, voordat deze zijn omgezet in concrete veranderingen. Weer tussentijdse veranderingen zouden nu, zo vrezen wij, een golf van onrust met zich meebrengen die de goede bedoelingen van de veranderingen op zich zou overschaduwen. Daar komt nog bij, dat bepaalde inhoudelijke vernieuwingen (zoals een nieuwe didactische aanpak bij de deeltalen) op dit moment nog niet geheel uitontwikkeld zijn.
Vanuit dit perspectief pleiten we ervoor, om thans geen veranderingen door te voeren, maar de komende tijd wel voorstellen te formuleren, opdat vanaf 2003 de tweede fase in een vernieuwde vorm voortgezet kan worden. Dat impliceert dat een samenhangend pakket van veranderingsvoorstellen er in het begin van 2002 zou moeten liggen.
In die tussentijd vragen de huidige verlichtingsmaatregelen nog wel de nodige aandacht. We kunnen ons voorstellen dat die eveneens tot 2003 gecontinueerd worden, maar zouden er dan wel voor willen pleiten dat de ruimte voor praktische opdrachten (thans 20%) naar keuze van de school weer verhoogd kan worden (tot maximaal 40%). Ook zouden we graag zien dat de scholen de komende tijd de vrijheid krijgen om zelf te bepalen hoe en in hoeverre zij de onderdelen, die in het kader van de verlichtingsmaatregelen niet meer centraal worden getoetst worden, in het schoolexamen aan de orde laten komen.