Uit een enquête waarin AOb, CNV, FvoV en het Platform vakinhoudelijke verenigingen samen werkten is gebleken dat leraren geen voorstander zijn van wijzigingen in bevoegdheden.
Sommige onderwijs sectoren zeggen wel een aanpassing te wensen van bestaande opleidingen, maar geen leraar zit te wachten op een heel nieuw stelsel.
In 2018 adviseerde de Onderwijsraad het bevoegdhedenstelsel ingrijpend aan te passen. De raad denkt dat nieuwe en gezamenlijke bevoegdheden het leraarschap aantrekkelijker maken. Samen met Regioplan beleidsonderzoek introduceerde de Onderwijsraad begin dit jaar een nieuw type leraar: de clusterleraar. Deze zou les kunnen gaan geven in meerdere aan elkaar verwante vakken, zoals talen, exacte of juist maatschappelijke vakken.
Zo’n clusterleraar kan wel toegevoegde waarde hebben in het vmbo-basis en -kader. Maar voor het totale voortgezet onderwijs en het mbo zien de respondenten het nut van dit type docent niet.
Er wordt gesproken van teambevoegdheid en een bevoegdheid om les te geven aan leerlingen van tien tot en met veertien jaar. Leraren geven aan dit niet te willen. Men gaf aan, in de open opmerkingen, dat leraren vrezen dat als deze weg wordt gevolgd het lerarentekort alleen maar verder op zal lopen.
Doorgroeimogelijkheden verbetert aantrekkelijkheid
Wat het personeelstekort betreft zien de respondenten meer heil in meer geld, meer waardering, minder administratie, kleinere klassen en doorgroeimogelijkheden voor leraren die geen ambitie hebben om schoolleider te worden.
Rapport bevoegdhedenstelsel september 2020Per sector wordt aangegeven hoe de respondenten denken over bevoegdheden en opleidingen.
Het complete rapport is te lezen door op deze link te klikken