Laten zien dat het onderwijs dé plek is waar je het verschil kunt maken in de levens van kinderen, jongeren en jongvolwassenen. En zo potentiële zij-instromers en studiekiezers enthousiast maken voor een baan in het primair en voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. Dat is het doel van de nieuwe campagne ‘Werken met de Toekomst’. Aanleiding zijn de misvattingen die bestaan over werken in het onderwijs, zoals over het salaris. Terwijl: werken in het onderwijs is betekenisvol, levert een serieus salaris op en je kunt je blijven ontwikkelen. Bovendien zijn gemotiveerde mensen voor de klas meer dan welkom in het onderwijs. Vandaag lanceerde staatssecretaris Mariëlle Paul (Funderend Onderwijs en Emancipatie) de campagne.
Staatssecretaris Mariëlle Paul: “Werken in het onderwijs is werken met én voor de toekomst van Nederland. Het is werken aan de ontwikkeling van leerlingen én die van jezelf. En werken in het onderwijs is ervoor zorgen dat kinderen met plezier naar school gaan en jij met een goed gevoel thuiskomt. Dankzij jou leren kinderen en jongeren elke dag iets nieuws. Het zó belangrijk dat dit verhaal wordt verteld. Ik hoop dat meer mensen gaan kiezen voor dit prachtige vak. Goed onderwijs valt of staat met goed opgeleide mensen in de klas en in de school. Elke leerling en elke student verdient daarom een goede leraar.”
Positief en realistisch
Aanleiding voor de campagne is het feit dat er nogal wat onterechte beelden leven. Zo wordt het salaris structureel onderschat. Ook denken sommigen dat werken in het onderwijs eentonig zou zijn of een soort eindstation. Dat is niet zo, er zijn volop ontwikkelmogelijkheden en leraren zijn gemiddeld heel tevreden over hun vak. Maar die misvattingen helpen natuurlijk niet bij het imago van het onderwijs. En dat terwijl de sector staat te springen om goede, gemotiveerde mensen. Het tekort aan leraren in het primair onderwijs is 8,1% (7700 fte), in het voortgezet onderwijs is dat 5,1% (3800 fte).
De nieuwe campagne ‘Werken met de Toekomst’ richt zich op de betekenis van het werk, de ontwikkelmogelijkheden en het salaris. Dat blijken de zaken te zijn die potentiële zij-instromers, studiekiezers en onderwijsprofessionals het belangrijkst vinden. De campagne wil een positief en realistisch beeld schetsen over werken in het onderwijs. Het benadrukt dat het soms hard werken is, maar dat je wel dagelijks het verschil kunt maken voor leerlingen en studenten. Het is een betekenisvol beroep, met veel voldoening als je jonge mensen telkens iets nieuws te leren.
Bovendien verdien je een serieus salaris. De campagne gaat ook in op het feit dat het onderwijs een hele veelzijdige sector is waarin je je als persoon volop kunt ontwikkelen: binnen je vak (naar specialist of coach voor nieuwe leraren) of qua functie (van leraar tot intern begeleider en schooldirecteur). En je kunt switchen van vak of van school, van Montessori tot speciaal onderwijs. De komende 10 jaar volgen zo’n 60.000 leraren uit het primair, voorgezet en middelbaar beroepsonderwijs een professionaleringstraject.
Gezamenlijke campagne
De meerjarige campagne ‘Werken met de toekomst’ is tot stand gekomen samen met alle partners in het onderwijs en met de onderwijsregio’s. In die onderwijsregio’s werken schoolbesturen, leraren, lerarenopleidingen en partners als gemeenten en UWV samen bij het bestrijden van het lerarentekort, onder andere bij het begeleiden van zij-instromers. Het eerste deel van de campagne is vooral gericht op potentiële zij-instromers, later dit jaar komt de focus op studiekiezers. De campagne bestaat onder andere uit digitale abri’s, online video’s en radiospotjes. Vanaf nu is ook de website werkeninhetonderwijs.nl online.
Bestrijden tekorten
De campagne is een nieuwe stap bij het tegengaan van de tekorten aan leraren, schoolleiders en ondersteuners in het onderwijs. Samen met het onderwijsveld trekt het kabinet daarom alles uit de kast. Met resultaat. Zo hebben ruim 2200 zij-instromers vorig jaar de subsidie zij-instroom aangevraagd en krijgen meer dan 900 huidige onderwijsondersteuners financiële ondersteuning bij een opleiding tot leraar. Ook het netwerk aan onderwijsregio’s is sinds dit jaar landelijk dekkend. Verder heeft het verhogen van het aantal gewerkte uren de potentie om fors bij te dragen aan het aanpakken van het lerarentekort.
